
Spreekwoorden: (1914)
Het achterste tegen de krib zettend.w.z. zich stijfhoofdig tegen iets verzetten, zich dwars tegen iets aankanten. Eigenlijk gezegd van koppige paarden, die niet uit den stal willen. Zie Tuinman I, 227: Hy zet zyn' aars tegen de krib: Dit zegt men van een styfkoppigen dwarspaal, die noch ter roer, no...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778

Spreekwoorden: (1914)
Het achterste tegen de krib zettend.w.z. zich stijfhoofdig tegen iets verzetten, zich dwars tegen iets aankanten. Eigenlijk gezegd van koppige paarden, die niet uit den stal willen. Zie Tuinman I, 227: Hy zet zyn' aars tegen de krib: Dit zegt men van een styfkoppigen dwarspaal, die noch ter roer, no...
Gevonden op
https://www.encyclo.nl/lokaal/10778
Geen exacte overeenkomst gevonden.